Stap 1: Voorbereiding

Allereerst analyseer je je eigen curriculum en dat van je partner. Ook breng je de uitgangspunten in kaart die bepalend zijn voor het ontwerpen van jouw COIL VE. Welke onderdelen uit het curriculum of de leeromgeving zijn al bekend en staan vast (De Hei et al., 2016)? Denk bijvoorbeeld aan het aantal studenten dat deelneemt aan je vak of module of, als je de lessen niet zelf geeft, de eigenschappen en ervaring van je collega, de andere vakken in het leerjaar en de plek van het vak in de rest van de opleiding. Ook het in kaart brengen van eerdere kennis die studenten hebben over bijvoorbeeld het vak of ervaring met groepswerk en COIL VE vallen hieronder.

Plaatsing COIL VE in je curriculum

Kijk goed waar de COIL VE in je curriculum wordt geplaatst en hoe deze past binnen het vak dat je geeft. Soms kan een COIL VE een vak volledig vervangen, maar meestal moet het binnen het vak worden geïntegreerd. Daarbij is het dus van belang dat je een goed overzicht hebt van de leeruitkomsten, het materiaal, de werkvormen en de toetsing. Zoek in je curriculum naar mogelijkheden om te internationaliseren (Haug & Beelen, 2023) en denk na over wat de algemene doelen zijn van het vak. Sta in deze fase ook stil bij het samenwerkend leren waarbij studenten elkaar nodig hebben om de opdracht te voltooien (positive interdepence) en welke interactie centraal staat in je design (Laal, 2013; Hackett, 2024; Hackett et al., 2024). Dit heeft invloed op de inrichting van de andere onderdelen van je onderwijsontwerp (De Hei et al., 2016).

Leer je partner(s) kennen

In COIL VE is het belangrijk je partner(s) te leren kennen en een aantal zaken van tevoren te bespreken en in kaart te brengen. Waar in het curriculum kun je een probleem of onderwerp identificeren dat door samenwerking met een partnerinstelling verder kan komen (Doscher, 2022)? Wat vinden jullie belangrijke uitgangspunten? Hoe gaan studenten samenwerken en reflecteren? Hoe worden studenten beoordeeld en welke verschillen zijn hier tussen partners? De opdracht voor studenten dient immers voor alle partners aan te sluiten bij de leerdoelen van hun vak. Het onderwijs en de leerdoelen daarin moeten als waardevol worden ervaren door de verschillende partners (O’Dowd, 2021).

Andere aspecten om mee te nemen zijn verschillen in academisch jaar, werken in verschillende tijdzones, grootte van de groepen en de mate van ervaring met COIL VE (Rubin, n.d.). Het kan daarbij helpen om een projectplan te maken. Het Ikudu COIL handboek bevat een aantal voorbeelden van ingevulde projectplannen.

Lees meer over het vinden van partners voor COIL VE.

Stap 2: Ontwerp

Wat wil je dat studenten kunnen en kennen aan het einde van een COIL VE? Hoe gaan ze dit aantonen? Het doel is het creëren van een leeromgeving waarbij activiteiten leiden tot het bereiken van de leeruitkomsten en waarbij studenten via toetsing kunnen aantonen dat deze leerdoelen zijn bereikt (De Louw et al., 2023; Deardorff, 2014; Deardorff, 2016). Het is belangrijk om leeruitkomsten, toetsing en activiteiten tegelijkertijd te ontwerpen zodat ze in lijn zijn met elkaar (constructive alignment). Er is ook een logische samenhang met de rest van de vakken in de verschillende leerjaren (De Louw et al., 2023). Het invullen van het Programme Logic Model kan je helpen bij het maken van keuzes hierin [video hierover is binnenkort beschikbaar].

Leerdoelen en samenwerking

Je onderwijs kan gericht zijn op individuele leeruitkomsten of groepsleeruitkomsten (De Hei et al., 2016). Leerdoelen zijn vaak vakinhoudelijk, maar ook gericht op het opdoen van vaardigheden zoals het geven van feedback en het werken in een team. Jij en je partner gaan op zoek naar overlap in jullie curriculum om het project te starten, waardoor een deel van de leerdoelen gezamenlijk zullen zijn. Vaak gaan de overlappende leerdoelen over samenwerking en interculturele vaardigheden. Omdat veel COIL VE’s multidisciplinair zijn, zullen de leerdoelen per partnerinstelling op vakinhoud wat verschillen (Doscher, 2023). Niet alleen de vakinhoud staat centraal, maar studenten leren ook samen te werken in teams en oefenen met toepassen van hun internationale/interculturele en digitale vaardigheden (Hackett et al., 2024). Het is daarom belangrijk een balans te vinden tussen deze vakinhoud en het intercultureel leren (Klamer, 2024). Eva Haug (HvA) deelt hieronder een aantal voorbeelden van leerdoelen:

  • “The learner can demonstrate understanding of the complexity of consumer behaviour, in relation with internal and external factors, when introducing a product in a new country and apply this in a comparative research”.
  • “Apply the relevant theories on urban planning and cultural analysis to create new solutions to problems that prevent cities and communities from being inclusive.”
  • “Reflect on the Sustainable Development Goals, and how they foster intercultural sensitivity in inclusive cities”.
  • “Describe the relationship between culture and collaboration in diverse teams, and how this reduces conflict (by diverse we mean: geographical, cultural, disciplinary and linguistic)”

In het Ikudu COIL handboek vind je meer voorbeelden van leerdoelen. Ook lees je tips over hoe je deze leerdoelen kunt ontwerpen en hierbij aandacht te hebben voor inclusiviteit.

Belangrijk is dat de leerdoelen in lijn zijn met hoe studenten dit gaan aantonen in de toetsing (Haug, 2024). Denk ook na over of het om een groepsbeoordeling of individuele beoordeling gaat (De Hei et al., 2016)? Vaak is het belangrijk in COIL VE om zowel naar de individuele als de groepsbijdrage te kijken (Klamer, 2024). Maar denk ook na over: is sprake is van zelf-assessment of peer-assessment? Is dit formatief of summatief? Wat zijn de beoordelingscriteria? Wat zijn studenten gewend uit de verschillende partnerlanden (Haug, 2024)?

Gezamenlijke leerdoelen

Ook bij gezamenlijke leerdoelen met je partner(s) over bijvoorbeeld samenwerking en interculturele vaardigheden, is het belangrijk dat jullie als docenten van de verschillende instellingen de leerdoelen en beoordelingscriteria beschrijven in bijvoorbeeld een rubric en dit tijdig naar studenten te communiceren (Klamer, 2024). Voorbeelden van een rubric vind je hier:

Gezamenlijke feedback

Over het algemeen beoordelen jij en je partner jullie eigen studenten met een cijfer (Doscher, 2023), maar het is goed om gezamenlijke feedback te geven op groepsproducten. Dit voorkomt een te groot verschil in beoordeling tussen studenten van de verschillende partnerinstellingen, wat anders ongewenste effecten kan hebben op de groepsdynamiek. Het formuleren van vakspecifieke leerdoelen waarbij het verschil in inzet van studenten te groot is, kan ook leiden tot dergelijke ongewenste effecten. Mochten leerdoelen en assessment afwijken tussen partners, dan is het belangrijk daar transparant over de communiceren met studenten (Doscher, 2023). Voor meer tips over toetsing en voorbeelden van eindproducten zie het Ikudu COIL handboek.

Activiteiten, interactie en opbouw

Hoe gaat de interactie tussen studenten eruitzien (De Hei et al., 2016)? Het gaat zowel om het ontwerpen van de interactie tussen studenten over de vakinhoud, als de interactie met als doel bijvoorbeeld elkaar te leren kennen en tot een gedeeld begrip te komen van de opdracht. Hoe de interactie eruitziet, hangt ook samen met de leerdoelen die je wilt bereiken en hoe je studenten kunt voorbereiden op de toetsing.

Het is belangrijk om ‘milestones’ in te bouwen voor studenten (Haug, 2017) en hen een overzicht te geven van de module in bijvoorbeeld een studiegids (Naicker et al., 2022). Hierdoor ontstaat duidelijkheid voor studenten en zorgen de ‘milestones’ voor kortere deadlines en meer reflectiemomenten tijdens het proces. Wat betreft de tijdsduur beschrijft het Ikudu-project een duur tussen de vijf en acht weken, en Hackett et al. (2024) noemen tussen de vier en vijftien weken. In een typische COIL VE opdracht ziet dit er vaak als volgt uit:

  1. In de voorbereidende en icebreaker fase gaat het om het leren kennen van elkaar. Studenten die elkaar vertrouwen zullen elkaar helpen door bijvoorbeeld het geven van feedback (Laal, 2013; Hackett, 2024). Het is dus belangrijk deze icebreaking activiteiten mee te nemen in je ontwerp (zie ook het Ikudu COIL handboek voor voorbeelden). Icebreakers hebben naast kennismaking ook als doel een veilige en inclusieve leeromgeving te creëren (Haug, 2024). Doscher (2023) raadt aan een kwart of één derde van de tijd aan icebreaker activiteiten te besteden. Als dit wordt overgeslagen is de kans groter dan er tijdens de COIL VE misconcepties ontstaan, evenals project management issues (Haug, 2017). Wees je daarbij ook bewust dat studenten niet altijd bekend zijn met COIL VE en aandacht hiervoor in de introductie is daarom van belang (Haug, 2024).
  2. Hierna vindt verdere kennismaking plaats. De eerste discussies in de groepjes vinden plaats en er worden onderlinge afspraken over de samenwerking gemaakt. Een voorbeeld van een passende werkvorm hierbij is het intercultureel interview (Haagse Hogeschool). Sommige docenten kiezen ervoor studenten een contractje te laten opstellen met deze samenwerkingsafspraken (University of Waterloo).
  3. In de fase die daarop volgt staat de daadwerkelijke samenwerking en co-creatie centraal, die zowel asychroon als synchroon is en waarin studenten van elkaar afhankelijk zijn om de opdracht af te ronden. In een typische COIL VE opdracht vergelijken en analyseren studenten situaties in hun vakgebied(en) en culturele situaties, maar zij worden ook gevraagd gezamenlijk nieuwe ideeën of een product te creëren (Haug & Beelen, 2023). Een concreet voorbeeld van een COIL opdracht komt van de Haagse Hogeschool over het creëren van een waardeketen in de voedselindustrie.
  4. Studenten werken gezamenlijk toe naar de leerdoelen en het op te leveren product. Zij geven bijvoorbeeld een gezamenlijke presentatie of het opleveren van adviesrapport of poster. Er vindt individuele en groepsbeoordeling plaats.
  5. Doorlopend en afsluitend zijn er momenten van reflectie. Door reflectie bijvoorbeeld na elke taak in te bouwen, structureer je deze momenten (De Hei. et al., 2016). Dit gaat om reflectie op de groepsdoelen die zijn gesteld, de samenwerking en het proces (Laal, 2013, Hackett, 2024). Tijdens het proces helpt het studenten om in kaart te brengen wat er goed gaat, waar verbeterpunten zitten en de veranderingen die ze nog kunnen doorvoeren voor het vervolg van de samenwerking (Laal, 2013). Interculturele competentie ontwikkeling is een continue proces waarin reflectie en belangrijke rol speelt (Deardorff, 2015). Bouw hiervoor voldoende tijd in zodat studenten de ruimte voelen om de opgedane leerervaring en nieuwe vaardigheden te verwerken (De Louw et al. 2021). Gregersen-Hermans en Pusch (2012) noemen dat de tijd voor debriefing twee keer zo lang dient te zijn als de tijd voor de activiteit zelf.

Een voorbeeld van een werkvorm die je kunt inzetten bij reflectie is een reflective journal (zie ook Klamer (2020) of het werken met individuele of groepsportfolio’s (Hackett, 2024). Deardorff (2020) noemt bijvoorbeeld OSEE (observe, see, explore, evaluate) als methode.

In deze figuur, op de website van de HvA, het Ikudu handboek en in Hackett et al., 2024 vind je meer informatie over de opbouw van een COIL VE.

Samenwerking in COIL VE

Volgens Hackett (2024) en Hackett et al. (2024) is COIL VE een vorm van samenwerkend leren. Bij samenwerkend leren, werken studenten in kleine groepen aan opdrachten en zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het eindresultaat (Onderwijskennis.nl, 2022). Samenwerking tussen studenten komt echter niet altijd automatisch van de grond (De Hei., et al, 2016). Of zoals Doscher (2023) stelt: “Collaboration does not happen by default, it happens by design”(p.259). Studenten in een groepje zetten, zorgt dus niet automatisch voor samenwerking (Hackett, 2024). Het is daarom essentieel om je vakken intentioneel te ontwerpen waarbij er een nadruk wordt gelegd op de cross-culturele interactie en samenwerking (De Louw et al. 2021).

Samenwerkend leren bevorderen

Om samenwerkend leren verder te bevorderen, kan positive interdependence worden ingebouwd (Laal, 2013; Hackett, 2024). Hierbij hebben studenten elkaar nodig om de opdracht af te ronden en streven zij streven een gemeenschappelijk doel na (Laal, 2013; Johnson & Johnson, 2009; Hackett, 2024). Groepsleden onderschrijven daarmee de meerwaarde van het samenwerken, want zij geloven dat zij als groep een beter resultaat kunnen behalen dan als individu (Laal, 2013). Andere ontwerpprincipes uit de samenwerkend leren theorie die volgens Hackett (2024)en Hackett et al. (2024) naadloos aansluiten bij COIL VE zijn het stimuleren van individuele verantwoordelijkheid van studenten in het groepswerk, opdrachten die het trainen van sociale vaardigheden bevorderen en groepsevaluatie en reflectie.

Samenwerking in je onderwijsontwerp

Er is een aantal manieren om de samenwerking te bevorderen in je onderwijsontwerp. Een voorbeeld is de ‘jigsaw approach’ waarbij iedere student slechts een deel van de informatie heeft (Leask en Carroll, 2013). Studenten kunnen dus niet verder zonder dat ze met de andere studenten samenwerken. Een variatie hierop is dat de opdracht zo complex is, dat deze niet individueel is op te lossen. Ook Kirschner et al. (2011) laten zien dat samenwerkingsopdrachten complex genoeg moeten zijn. Bij complexere taken is het voor studenten moeilijker om succesvoller te zijn zonder samen te werken en zorgt samenwerken ervoor dat leren efficiënter is. ‘Te makkelijke’ groepsopdrachten leiden vaak tot minimale samenwerking omdat deze eenvoudig individueel kunnen worden afgerond, terwijl je juist wil dat iedere student een bijdrage levert (Laal, 2013).

Inclusiviteit

Een inclusieve en gelijkwaardige samenwerking tussen studenten (en partners) is erg belangrijk, maar niet altijd gemakkelijk. Het Inclusive Online Collaboration model (Haug, 2023 zoals beschreven in het Ikudu COIL Handboek) kan daarbij helpen. Studenten gaan eerst aan de slag met hun eigen perspectief, waarna ze het bewustzijn van de ander en de verschillen proberen te overbruggen. Je kunt deze fases en interventies gebruiken bij de ontwikkeling en uitvoering van de samenwerkende opdracht.

Asynchroon en synchroon

Voor een COIL VE raden we je ook goed na te denken over hoe je je synchrone en asynchrone lesformats inzet en welk doel dit dient (De Louw et al., 2021; Haug, 2020). Neem de afweging voor deze verhouding mee in je je ontwerp zodat de online momenten met je studenten hen ondersteunen tijdens de asynchrone activiteiten (De Louw et al., 2021). Synchrone activiteiten lenen zich goed voor bijvoorbeeld het leren kennen van elkaar, terwijl studenten tijdens asynchrone activiteiten meer tijd hebben om ideeën verder uit te werken (Doscher, 2023). Wees je er van bewust dat je bij synchrone activiteiten rekening moet houden met de wisselende beschikbaarheid van studenten uit de verschillende landen, maar ook hun mogelijke beperkte toegang tot internet en de verschillende tijdzones waarin studenten zich bevinden (Adekola et al., 2021). De keuze voor deze activiteiten en je leerdoelen leiden ook tot een keuze voor de online tools die je gaat inzetten in de uitvoering van de COIL VE. Hier staan we uitgebreid bij stil in de implementatiefase.

Stap 3: Implementatie

Na alle voorbereiding is het dan eindelijk zover: de studenten gaan aan de slag met COIL VE. In deze stap gaan we nog dieper in op hoe je jouw studenten het beste kunt ondersteunen in de uitvoer van de COIL VE met de juiste tools, resources en hoe jouw eigen rol als docent eruitziet. Denk met je COIL VE partner(s) na over hoe jullie als docententeam de begeleiding gaan vormgeven. Hoe vaak hebben studenten meetings met jou als docent? En hoe ziet jouw rol eruit? Communiceer hier duidelijk over naar studenten zodat zij weten wat ze kunnen verwachten.

Groepssamenstelling

Denk na over de groepssamenstelling (De Hei et al., 2016). Hoeveel groepjes ga je maken? Hoe groot zijn deze? Hoe is de groep samengesteld? Blijven ze tijdens de gehele periode een groep of wisselt dit? Het kan een overweging zijn om niet te veel studenten bij elkaar te zetten die elkaar kennen (Leask & Carroll, 2013). Verder laten Curşeu en Pluut (2013) zien dat diversiteit in gender en nationaliteit in groepen zorgt voor het delen van diverse inzichten en daarmee een hoger potentieel leereffect voor alle groepsleden. Ook de rol van gemotiveerde groepsleden draagt hieraan bij en het is dus belangrijk tenminste één gemotiveerde student per groepje te hebben. Daarnaast lijken verschillen tussen leden in ervaring met groepswerk invloed te hebben en is het belangrijk studenten te ondersteunen om meer te leren over groepswerk (Curşeu en Pluut 2013; Colbeck et al., 2020). Studenten hebben deze skills bijvoorbeeld opgedaan tijdens werkervaring naast de studie. Johnson en Johnson (2009) laten zien dat mensen die elkaar leren kennen en elkaar vertrouwen, beter samenwerken in groepsverband. Een steeds wisselende groepssamenstelling tijdens de COIL VE, is daarom minder aan te raden.

De docent als facilitator

Als docent heb je in COIL VE de rol van coach (Haug, 2002). Volgens De Hei et al., (2020) zouden docenten zich in groepswerk vooral moeten richten op het groepsproces in plaats van enkel het op te leveren product. Het gaat erom dat studenten worden geholpen in hun interculturele en sociale vaardigheden waardoor er een omgeving ontstaat waar alle teamleden het gevoel hebben dat zij kunnen bijdragen aan het groepswerk. Om dit leren mogelijk te maken is een veilige, inclusieve en toegankelijke online leeromgeving belangrijk (De Louw et al. 2021; Poort & Okken, 2024). Bedruk bij de studenten dat alle perspectieven en stemmen van waarde zijn en nodig zijn in de COIL VE en dat iedereen daarin van elkaar kan leren (Haug, 2024). Geef daarnaast duidelijke instructies over wat er van studenten wordt verwacht omtrent de samenwerking waarbij het belang van interactie wordt benadrukt (De Hei et al., (2020); Universiteit Utrecht). Tips voor het begeleiden en coachen van studenten in het intercultureel leerproces en online samenwerking, vind je in het Ikudu COIL handboek en in het Mentoring Handbook for Virtual Exchange Teachers.

Verdere ondersteuning door de docent

Soms komt het voor dat de samenwerking verder ondersteund dient te worden door de docent. Er ontstaat bijvoorbeeld een conflict of studenten zijn herhaaldelijk niet aanwezig. Tips om hier mee om te gaan vind je bij de Universiteit Gent. Ook kun je de samenwerking stimuleren door bijvoorbeeld groepsrollen en verantwoordelijkheden te benoemen (Leask & Carroll, 2013; Universiteit Utrecht; Curşeu & Pluut, 2013). Zo bevorder je dat studenten elkaar verantwoordelijk houden voor het uit te voeren werk (Washington University in St. Louis; zie deze site ook voor voorbeelden van rollen). Als geen enkele student de leiding neemt, zou je een leider kunnen aanwijzen of studenten stimuleren deze aan te wijzen (De Hei et al., 2020).

Regelmatig inchecken

Een COIL VE is een leeromgeving waarin soms onverwachtse dingen gebeuren. Het is aan te raden regelmatig met je COIL VE partner(s) in te checken en te bespreken hoe het onderwijs verloopt en door partners en studenten wordt ervaren (Haug, 2024). Door het blijven monitoren zijn eventuele bijsturing en aanpassingen mogelijk (De Hei et al., 2016). Hierdoor waarborg je dat de verschillende onderdelen van je onderwijs nog steeds met elkaar in lijn zijn en dat studenten de beoogde leerdoelen behalen. In een COIL VE kan het bijvoorbeeld voorkomen dat de internetconnectie van je partner niet stabiel genoeg is om de eerste kennismaking door te laten gaan. Dit heeft mogelijk invloed op de planning van de rest van de plenaire meetings die je had bedacht. Een ander voorbeeld waarin je moet bijsturen is wanneer studenten toch meer informatie nodig hebben over projectmanagement dan je van te voren had ingeschat. Als je inschat dat deze kennis essentieel is om het vak goed te kunnen afronden, moet je hier dus bijvoorbeeld extra resources of meetings voor inplannen.

Reflectiemoment

Verder is begeleiding van de docent nodig tijdens het reflectiemoment zodat studenten betekenis kunnen geven aan dat wat zij hebben geleerd en de link kunnen maken naar contexten buiten het klaslokaal (Ash & Clayton, 2014; De Louw et al., 2021). Hoe past het geleerde in hun context? Hoe kunnen zij dit meenemen in hun (toekomstige) professionele context? Op deze manier wordt de ervaring betekenisvol (Haug, 2017).

Tenslotte zorg je als docent voor structuur door bijvoorbeeld regelmatig meetings in te plannen met de studenten en goed communiceert hoe de structuur van vak er uit ziet bijvoorbeeld in een studiegids (Naicker et al., 2022). Ook het inplannen van wekelijkse Q&A sessies is een manier om studenten te ondersteunen en een kans te geven hun vragen te stellen (Haug, 2024).

Resources

Het materiaal dat je beschikbaar stelt kan vakinhoudelijk zijn maar denk ook aan het geven van de juiste tools om de samenwerking op te zetten (Rijksuniversiteit Groningen). Geef bijvoorbeeld les over (online) samenwerking en projectmanagement, laat goede voorbeelden zien en stel resources beschikbaar. Dit kan plaatsvinden tijdens de eerste voorbereidende fase van de COIL VE, als een soort pre-COIL (Naicker et al., 2022), maar ook zeker tijdens de module. Veel studenten zijn nog niet bekend met COIL VE en wat daar bij komt kijken, neem ze hierin mee (Haug, 2024). Omdat COIL VE (vaak) in een internationale of interculturele context plaatsvindt, kun je ook denken aan resources en tools over interculturele communicatie. Zo geeft Deardorff (2023) op p.280 en 281 een overzicht van verschillende communicatiestrategieën zoals ‘listening for understanding’ en het proberen om assumpties te vermijden. Deze informatie zou je kunnen gebruiken om studenten vooraf of tijdens de COIL VE kennis te laten maken met de verschillende stijlen en hen op deze manier aan te moedigen hun eigen stijl te ontdekken.

Reinout Klamer van de Haagse Hogeschool raadt aan om goed op de hoogte te zijn van het materiaal dat je partner(s) aan hun studenten aanbieden. Soms is het niet mogelijk om dit materiaal tussen partners te delen vanwege specifieke kenmerken of auteursrechtelijke beperkingen. Daarnaast is het volgens hem niet altijd noodzakelijk om gezamenlijke online lessen via COIL VE te organiseren; je kunt ook verwijzen naar openbare bronnen zoals TEDx, YouTube of andere platforms waar informatie beschikbaar is. Vergeet ook niet om te kijken naar toegankelijke websites van brancheverenigingen, trendbureaus en andere universiteiten.

Tools

Welke technologie gebruik je tijdens je COIL VE en met welk doel? Belangrijk hierbij: laat de leerdoelen leidend zijn in de keuze voor de juiste technische tool(s) en niet andersom (Doscher, 2023). Zo ondersteunen de tools het leren optimaal. Groepsgrootte maar ook het type opdracht en of hierbij asynchroon of synchroon wordt gewerkt, hebben invloed op je keuze welke tools in te zetten (Simon & Santana Fierro, 2023).

Vaak wordt er voor een centrale aftrap of voor presentaties een tool gebruikt zoals Zoom en MS Teams, en een whiteboard tool voor het bijhouden van de activiteiten. Denk hierbij aan programma’s zoals Padlet en Canva (zie p.1 van GO ZINE van de Haagse Hogeschool voor een voorbeeld van een ingevulde padlet door studenten). Tools als Google Docs kunnen helpen wanneer studenten gezamenlijk aan een document werken. COIL VE is ook geschikt voor de inzet van creatieve tools voor bijvoorbeeld het opnemen van een podcast, het maken van een video, een infographic of een vlog. Een overzicht van tools, hun eigenschappen en mogelijkheden voor COIL VE vind je in Simon & Santana Fierro (2023) en in het Ikudu COIL handboek. Voor lerarenopleidingen en de Pabo in Europees verband, kan ook het platform eTwinning worden gebruikt.

"Meestal kiezen de studenten zelf hoe ze in de groepjes contact met elkaar onderhouden. De ene groep kiest voor communicatie via Whatsapp en Google Meet en de andere maakt gebruik van Onedrive en MS Teams. Hierin is het belangrijk om te adviseren, zowel over de mogelijkheden als de risico’s. Daarnaast is het handig om vooral ook in te gaan op hoe je online samenwerkt”, geeft Klamer aan. Elizabeth Saunders noemt een aantal tips:

  1. Kom regelmatig bij elkaar. Laat studenten dit zelf inplannen.
  2. Deel documenten, of deel waar je in werkt zodat iedereen erbij kan
  3. Werk soms online tegelijk aan hetzelfde te werken zodat je direct kunt schakelen met elkaar
  4. Maak duidelijke afspraken hoe en wanneer je online bereikbaar bent.

Verschillende privacyrichtlijnen

Houd er ook rekening mee dat de instellingen en landen waarmee je werkt verschillende (privacy) regels en richtlijnen hebben bij het gebruik van bepaalde tools. Zo ondersteunt wellicht niet iedere universiteit of hogeschool Zoom en werken jullie met andere interne LMS systemen waar de andere instellingen geen toegang tot hebben. Check van te voren wat jullie eigen interne beleid rondom ICT tools is en vraag je partner dit ook te doen om in kaart te brengen hoe de ICT structuur er uitziet. Je kunt ook al nagaan welke collega’s je hierbij (technisch) kunnen ondersteunen en waar je je eventuele toekomstige vragen zou kunnen stellen (Klamer, 2024).

Ook is het goed om stil te staan bij aspecten als toegankelijkheid van de tools en inclusie voor alle studenten (en docenten) (Naicker et al., 2022; Freed, 2023; Haug, 2024). In hoeverre zijn studenten en docenten vanuit de verschillende landen bekend met het gebruik van de verschillende tools? Hebben zij de juiste vaardigheden? Zijn de tools ook te gebruiken bij een lage internetsnelheid hebben of wanneer gebruikers over weinig data beschikken? Hoe verschilt de internetsnelheid tussen partners? (Klamer, 2024) Dit heeft invloed op of studenten daadwerkelijk een gelijkwaardige deelname kunnen hebben aan de COIL VE. Uiteraard kun je studenten ook ondersteunen bij het gebruik van nieuwe tools en IT in het algemeen in de voorbereiding van de COIL VE (Klamer, 2024).

Stap 4: Evaluatie

In deze laatste stap staat evaluatie van je COIL VE centraal. Omdat je in COIL VE samenwerkt met je partner(s) is het opzetten van de evaluatie een gezamenlijk proces. Het is daarbij volgens Eva Haug aan te raden om de doelen van de evaluatie helder af te spreken met alle partijen. Evalueren kan namelijk gaan over bijvoorbeeld de kwaliteit van je onderwijs - dan kun je je afvragen in hoeverre er daadwerkelijk sprake was van samenwerkend leren (Klamer, 2023). Of het kan als doel hebben de meerwaarde van COIL VE voor jouw vak of onderwijsinstelling te laten zien.

Samenwerking tussen de partners

Daarnaast kan de evaluatie volgens Haug ook gaan over de samenwerking tussen de partners. Soms willen universiteiten de data van studentevaluaties gebruiken voor onderzoek of publicaties. Het is dan belangrijk om hier van te voren afspraken over te maken waarin AVG-regels vanuit de verschillende landen in acht worden genomen. In gesprek met Eva Haug komt naar voren dat er soms ook verwarring over de gebruikte terminologie bestaat. In veel Engelssprekende landen staat evaluation of learning bijvoorbeeld gelijk aan toetsing van studenten, terwijl deze stap gaat over het evalueren van het onderwijsproces.

Reflecteren met studenten

Als je ervoor kiest om studenten te bevragen, kan het waardevol zijn om met hen te reflecteren op hoe zij het onderwijs hebben ervaren. Wat ging er goed en wat kan er beter vanuit studentperspectief, bijvoorbeeld op het gebied van online tools of communicatie vanuit de docent? Zorg er wel voor dat je duidelijk aangeeft dat deze evaluatie geen invloed heeft op het cijfer van de studenten zodat zij open en eerlijke feedback kunnen geven (Ikudu evaluation toolkit). Het gaat immers over hoe ze het onderwijs hebben ervaren en niet wat ze hebben geleerd over het vak of over zichzelf.